Vragen - FAQ

Er leven in de samenleving heel wat vragen over hulp aan plegers van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Dit gedrag en zeker seksueel misbruik op kinderen beroert velen tot in hun hart. Hulp aan plegers van plegers van seksueel grensoverschrijdend gedrag is dan ook een thema waarvoor veel belangstelling bestaat. Ofwel zijn de verwachtingen hoog gespannen en is er een nieuwsgierigheid wat deze hulp allemaal kan waarmaken. Ofwel is er ongeloof en wantrouwen en stelt men zich vragen of er wel een alternatief is voor levenslange opsluiting. I.T.E.R. wordt dan ook met vele vragen geconfronteerd. We willen in deze rubriek de meest gestelde vragen beantwoorden, omdat we ervan uitgaan dat deze vragen terecht zijn. De maatschappij investeert geld in gespecialiseerde hulpcentra en heeft dus recht op antwoorden.

Deze webstek gaat niet over misbruik in het algemeen maar over hulp aan plegers. Toch vinden we het nuttig om ook enkele vragen over misbruik te beantwoorden, omdat dit duidelijk maakt hoe we er mee aan de slag gaan. Bij de meeste vragen hebben we één belangrijk artikel of boek vermeld waarin de geïnteresseerde lezer zich verder kan verdiepen.

10 - Wat is pedofilie? Is pedofilie aangeboren?

< Terug naar overzicht

Mensen die zich seksueel en/of gevoelsmatig aangetrokken voelen tot kinderen worden pedofielen genoemd. Althans dat is de definitie die pedofiele belangengroepen zelf hanteren. Zij lezen het woord in zijn letterlijke betekenis: kinder-liefde. In de media en aan de “cafétoog” wordt een andere invulling aan het begrip gegeven: pedofielen zijn kinderverkrachters en evolueren mogelijkerwijze naar sadistische kindermoord. Psychiaters spreken dan weer pas van pedofilie als het om seksuele activiteiten tussen een plus-16-jarige en een min-13-jarige (prepubertair) gaat, het leeftijdsverschil minstens vijf jaar bedraagt én de betrokkene intense seksuele fantasieën of aandrang heeft. Dit is slechts op een minderheid van de plegers van toepassing die voor therapie verwezen worden. Pedofilie als psychiatrische stoornis hoort thuis in de groep van parafilieën (zie vraag 8).

Al deze spraakverwarring maakt dat het woord pedofilie voor therapie niet meer bruikbaar is. Het is te beladen en er worden te verschillende dingen onder verstaan. In therapie maken we een strikt onderscheid tussen persoon en daad. Wat iemand ook voor feiten mag gepleegd hebben, wat hij ook mag gedaan hebben, voor een therapeut is hij altijd meer dan alleen maar een persoon die misbruik pleegt. Iemand heeft altijd meer mogelijkheden in zich dan hij voor het plegen van misbruik gebruikt heeft. Daarom spreken we in therapie ook niet van pedofielen en verkrachters, maar van mensen die kinderen misbruikt of volwassenen verkracht hebben. Het gaat om feiten, daden, en niet om persoonseigenschappen.

Vaak wordt de vraag gesteld of pedofilie aangeboren is? Hier is geen duidelijk antwoord op. De wetenschap is er niet uit. Plegers zitten zelf soms met het gevoel dat ze er niets aan kunnen doen, want dat ze zo geboren zijn en dus altijd zo zullen blijven. Wat alcoholisme betreft, is het wetenschappelijk onderzoek verder gevorderd. Daar heeft men een genetische factor, een erfelijke voorbestemdheid dus, kunnen vaststellen? Betekent dit dat alcoholisme nu onbehandelbaar geworden is en dat alcoholisten aan hun genen overgeleverd zijn? Neen dus. De invloed van erfelijke factoren is bij dergelijke problemen zelden 100 %. Dat wil zeggen dat er een zekere erfelijke voorbestemdheid kan zijn, maar dat deze slechts tot uiting komt, indien ook de sociale en psychische omstandigheden dit mogelijk maken. Er is dus een wisselwerking tussen erfelijkheid en milieu-invloed. Mocht het zo zijn (wat dus helemaal niet vaststaat) dat er voor pedofilie een erfelijke of aangeboren aanleg kan gevonden worden, dan nog betekent dit niet dat de invloed daarvan niet kan getemperd worden door therapie. De psychische probleemgebieden die elders beschreven worden (zie vraag 5), blijven immers ook van toepassing.

Hammel-Zabin, A. (2004). In de knop gebroken: een pedofiel legt uit hoe zijn verwrongen geest werkt. Antwerpen: Standaard Uitgeverij

Print